Hoe je meer uit Globi-Trotter haalt met een train-de-trainer
Globi-Trotter is een bordspel dat je eenvoudig in kunt zetten in de klas om interculturele vaardigheden te stimuleren. Maar wil je de potentie van het spel volledig benutten, dan raden we je onze train- de-trainer Globi-Trotter aan. Hoe die training eruit ziet en welke voordelen je dit oplevert? Daarover laten we trainer Margriet Dijkstra graag aan het woord.
Over het spel Globi-Trotter zelf: wat brengt je dit als docent?
“Ik heb zelf Globi-Trotter ook leren kennen toen ik docent was. Ik heb het toen aangeschaft omdat ik gewoon eens een leuke, plezierige les wilde doen. Begrijp me niet verkeerd, ik houd ook van de diepe gesprekken die je over wereldburgerschap kunt hebben, maar het is ook heerlijk als een les eens écht alleen maar leuk mag zijn. In de lessen voor en na het spel kun je de thematiek dan weer meer ruimte geven, zodat leerling naast de gezelligheid, ook reflecteren over interculturaliteit en wat ze erover hebben geleerd. Daarnaast vind ik Globi-Trotter een fijn spel omdat het ontzorgt. Zodra je het spel in de vingers hebt, heb je eigenlijk de invulling van een heel blokuur in handen en kun je dit telkens opnieuw inzetten met minimale voorbereiding, bij elke klas.”
Welke voordelen heeft het volgen van de train-de-trainer?
“Ik zou iedereen aanraden om het spel vooraf zelf te spelen. Dat kun je thuis doen met je huisgenoten of je gezin, maar je kunt het tijdens de train-de-trainer ook samen met andere docenten doen. Dat heeft, naast dat het gezellig is, een aantal belangrijke voordelen. Door het met collega’s te ontdekken ben je al bezig met reflectie, kritische noten en ideeën. Kortom: je bent eigenlijk je lessen al aan het voorbereiden. Je weet hoe het werkt, kunt bedenken welke vragen er van leerlingen kunnen komen en past misschien nog wat spelregels aan om het nog beter te laten aansluiten bij jouw klas. Je krijgt ook tips van de trainer die Globi-Trotter al heel vaak en met veel verschillende groepen heeft gespeeld. Het is helemaal fijn als het vanuit school gefaciliteerd wordt, zodat het niet als ‘extra’ werk voelt, maar je met collega’s samen in spelformaat over wereldburgerschap na mag denken.”
Hoe ziet de training er in opzet uit?
“We beginnen de train-de-trainer met een stukje theorie. We gaan in op de wetenschappelijke opbouw achter Globi-Trotter en lichten toe op welke interculturele theorieën het spel is gebouwd. Daarna spelen we het spel. Als we meerdere groepen hebben kies ik er vaak voor om een deel van de groepjes klassikaal het spel uit te leggen, terwijl ik de rest de doos en de spelregels geef om het zelf uit te zoeken. Een docent zal er zo snel achter komen welke methode het beste voor zijn/haar leerlingen zal werken. Tijdens het spelen loop ik langs alle groepjes. Dan beantwoord ik vragen, maar stel er ook veel. Welke kritische kanttekeningen hebben docenten? En hoe kunnen ze die kanttekeningen ombuigen naar waardevolle discussies met leerlingen? Vaak zijn dit gesprekken die je ook in de klas zou kunnen voeren met je leerlingen. Daarnaast nodigt het spel ook op een laagdrempelige manier uit tot een gesprek over cultuur. Het kan zijn dat een bepaalde leerling zich niet herkent in de dilemmakaarten over het land waar hij of zij vandaan komt, of waar zijn of haar ouders vandaan komen. Daar kun je het vervolgens dus op een natuurlijke manier over hebben. Heel anders dan: “Hé Zeinab, we hebben het vandaag over cultuur. Waarom vertel jij niet iets over Marokko?”
Tot slot gaan we in op hoe je Globi-Trotter nog meer in kunt zetten. Voor het spel heb je een blokuur nodig, maar je kunt het materiaal van Globi-Trotter gebruiken om kortere leermomenten te creëren in je lessen. Voor vijf minuten, een half uur, wat je wilt! We geven hier voorbeelden van, maar deelnemers gaan ook zelf door de speldoos. Wat kun je allemaal bedenken bij de interculturele dilemmakaarten? Hoe kun je de kenniskaarten en paspoorten inzetten? Maar ook: op welke momenten wil je Globi-Trotter inzetten, bij welke projecten, mentorlessen of andere activiteiten? Aan het einde van training nemen docenten een heel scala aan werkvormen mee naar huis die ze in kunnen zetten. Werkvormen waar je betrekkelijk weinig voor hoeft te doen.“
Wat zijn de reacties die je krijgt na de training?
“Ze vinden het vaak een goede voorbereiding op een uitwisseling. Maar in coronatijd was het ook een alternatief voor de reizen die niet door konden gaan. Daarnaast vinden veel docenten het fijn om ook een duurzame manier in handen te hebben om met interculturele vaardigheden bezig te zijn, eentje waarvoor je niet hoeft te reizen. Wat ik ook vaak hoor is dat het fijn is dat je het dus zo groot of zo klein in kan zetten als je wilt. Ook vinden docenten het, net als ik, fijn om op een ongedwongen manier met het onderwerp bezig te zijn. Dat we elkaar niet vertellen hoe het moet of hoort, maar interactief bezig zijn en ontdekken.”
Meedoen met de train-de-trainer Globi-Trotter?
Meer weten over het educatieve bordspel Globi-Trotter?