Bijdragen aan betere kansen voor nieuwkomers

De toestroom van vluchtelingen naar Nederland blijft groeien. Voor 2023 is de voorspelling dat 76.000 personen naar Nederland komen. Bij Globi rees de vraag: wat kunnen wij, op basis van onze expertise op het gebied van intercultureel onderwijs, betekenen voor de ook steeds groter wordende groep kinderen die naar Nederland komt? Deze vraag vormde de basis van het project dat we vorig jaar startten: de ontwikkeling van een gesprekstool om de overgang van EOA-leerlingen (Eerste Opvang Anderstaligen) naar het reguliere onderwijs te verbeteren. Meer weten over dit project? Lees het interview met projectleider Noa de Zeeuw. 

Wat was de aanleiding voor dit project? 

Noa: “De toestroom van nieuwkomers stijgt al jaren en wordt de komende jaren nog omvangrijker. Hoewel het precieze aantal kinderen binnen deze groep lastig te achterhalen is, is duidelijk dat deze groep ook groter en groter wordt. Voor veel van de kinderen die hier naartoe komen staat hun wereld opeens stil. Als Globi bieden we met onze interculturele expertise al op veel plekken in het onderwijs ondersteuning, maar nog niet voor deze specifieke doelgroep. Toen wij onszelf de vraag stelden wat we voor hen kunnen betekenen, was het antwoord: ‘Ervoor zorgen dat hun ontwikkeling niet ook stil komt te liggen.’ Door veel mensen wordt er ontzettend hard gewerkt aan het onderwijzen van kinderen in EOA’s: Eerste Opvang Anderstaligen (ook wel ISK’s: internationale schakelklassen). Een EOA of ISK bereidt leerlingen van 12 tot en met 18 jaar in maximaal twee jaar voor op een vorm van vervolgonderwijs in Nederland, en vormt zo een brug tussen de onderwijsvormen uit het land van herkomst en Nederland. Uit gesprekken met docenten op EOA’s en regulier onderwijs bleek dat het intercollegiale contact tussen deze partijen vaak niet optimaal is: ze weten elkaar niet altijd goed te vinden, terwijl een goede verbinding tussen deze docenten de doorstroom van leerlingen naar het regulier onderwijs juist ten goede komt.”

Met welke expertise kan Globi ISK’s ondersteunen in hun taak? 

Noa: “Als Globi werken we in het onderwijs, dus het lag voor de hand dat we in die context een bijdrage kunnen en wilden leveren. Maar binnen de EOA’s liggen verschillende uitdagingen. De vraag was: bij welke uitdaging kunnen wij ondersteuning bieden? Omdat onze kracht ligt in het verbinden van mensen, onderwerpen en leerlingen, hebben we in ons project de focus gelegd op de verbinding tussen de EOA-docent en de docent uit het reguliere onderwijs. We stellen onszelf de vraag: hoe kunnen wij de verbinding tussen die docenten versterken, om daarmee de ontwikkeling van EOA-leerlingen die doorstromen naar het regulier onderwijs te ondersteunen?”

Hoe omschrijven jullie het doel van dit project? 

Noa: “In gesprekken met verschillende ISK-docenten en reguliere docenten kwamen we erachter dat er geen vaste structuur is voor de doorstroom van leerlingen. In iedere regio en in iedere school wordt hier op een eigen manier vorm aan gegeven. Waar de ene school voor EOA-leerlingen snuffelstages en speeddates organiseert voor EOA- en reguliere leerlingen, weten docenten op andere scholen slechts de naam en het niveau van een EOA-leerling die in diens klas komt. We proefden in die gesprekken dat er op veel scholen ruimte is voor het verbeteren van de reguliere schoolomgeving voor EOA-leerlingen die instromen. EOA-docenten kunnen reguliere docenten daarin ondersteunen door hen, in een gesprek, te informeren en inspireren. Daarnaast denken we dat EOA-docenten in gesprek met reguliere docenten kunnen leren over wat EOA-leerlingen naast taalvaardigheid nog meer nodig hebben om door te kunnen gaan op de reguliere school. Denk daarbij aan vaardigheden rondom vragen als ‘Hoe werk je samen met medeleerlingen aan een project?’ en ‘Wat is de verhouding tussen docent en leerling in de Nederlandse schoolcontext?’. Taal is een belangrijke focus voor EOA-onderwijs, maar leerlingen hebben meer nodig dan dat. Ons project is erop gericht bij te dragen aan het verbeteren van de uitwisseling van kennis, ervaringen en inspiratie tussen docenten op het ISK en het reguliere onderwijs. Met als uiteindelijke doel de NT2 leerlingen betere kansen te bieden.”

Hoe willen we als Globi dit gesprek tussen docenten faciliteren? 

Noa: “De werkdruk voor docenten, zowel op EOA’s als op reguliere scholen, is hoog. Iedere nieuwe taak is er een die ‘er ook nog eens bij komt’. We vinden het belangrijk de werkdruk van docenten met dit project niet nog meer te verhogen  door ons te focussen op twee dingen: 

  • De Tool: een gesprekskaartenset die ervoor zorgt dat docenten binnen korte tijd tot de kern kunnen komen van wat nodig is en daarmee hun eigen lespraktijk meteen kunnen verbeteren. 
  • De Tafels: gespreksmiddagen waar het enige wat docenten hoeven doen is zichzelf in te schrijven en open te staan voor leren. In deze middagen begeleiden we docenten van de EOA’s en het reguliere onderwijs in het gebruiken van de tool en het leggen van de inhoudelijke verbinding die bijdraagt aan elkaars taken. Bijvangsten zijn natuurlijk de inspiratie en best practices die besproken en gedeeld worden. 

Om wat verder in te gaan op de gesprekskaartenset: deze is gericht op drie niveaus: de context van de school, de docent en de leerling. Op het niveau van de school gaat de tool in op vragen als ‘Wat is de visie van de school op diversiteit en cultuur?’ en ‘ Wanneer is de overgang van een EOA-leerling naar het regulier onderwijs geslaagd?’ Op het niveau van de docent richt de tool zich op vragen als ‘Op welke manieren bied je ruimte aan verschillende culturele perspectieven?’ en ‘Hoe verwerf je kennis van de leefwereld van leerlingen?’ En op het niveau van de leerlingen bespreekt de tool vragen als ‘Hoe willen we dat leerlingen de school verlaten?’ Door de tool op deze drie niveaus in te steken focussen docenten in het gesprek op drie belangrijke factoren in het doorstromingsproces, van groot naar klein.’

Waar staat het project? En hoe ziet de planning eruit? 

Noa: “Momenteel zijn we bezig met de ontwikkeling van de tool, de gesprekskaartenset. In het najaar plannen we de testfase waarin we op verschillende gespreksmiddagen de tool uit gaan proberen. In eerste instantie richten we ons op de doorstroom van EOA-leerlingen naar het reguliere voortgezet onderwijs, om daarna ook de doorstroom van EOA-leerlingen naar het MBO te gaan testen. Wil je meedoen aan de testfase en je opgeven voor deelname aan de gespreksmiddagen in het najaar? Laat het ons weten! Meedoen aan de testfase betekent dat je aansluit bij een van de gespreksmiddagen en bereid bent je feedback te delen middels een evaluatieformulier. Na de testfase zullen we de tool aanscherpen en gespreksmiddagen plannen. Die plannen we in elke provincie om iedere regio te kunnen ondersteunen en het meedoen aan de middagen laagdrempelig te houden. We kijken erg uit naar de testfase en willen leren van de feedback van docenten van de EOA’s en in het reguliere onderwijs. “

Meer weten over dit project? Interesse in meedoen aan de testfase dit najaar? Neem contact op met Noa de Zeeuw: noa.dezeeuw@globi.nl